Vragen

Waar komt de naam Koebrugge vandaan ?

De naam Koebrugge is ontleend aan een bijzonder oud erf in het oosten van Nederland. Het bestond al in de 14e eeuw.

Bestaat het erf nog ?

Het erf bestaan nog steeds en ligt nog exact op dezelfde plek. Het is van een gemengd bedrijf omgevormd tot varkenshouderij. Het bedrijf wordt uitgeoefend door de familie ten Thije.

 Waar ligt het precies ?

Om in vaktaal te spreken exact op  52°15’0.67″ Noorderbreedte en   6°37’21.76″ Oosterlengte. Praktischer genoemd is het in Twente gelegen aan een zijweg van de Mossendamsweg in Ambt Delden ten noordoosten van Goor. De buurtschap van agrariërs daar heet Zeldam.

Waarom die naam ?

Het ligt voor de hand dat de hoeve moeilijk te bereiken was. Want op de eerste stafkaarten uit 1830 zijn nog twee oude beeklopen ten noorden en zuiden van de hoeve te zien. Dit zijn de Zeldammerbeek en de Bentelerbeek. Er van uitgaande dat alles in het landschap voor 1830 vanuit de middeleeuwen nog identiek was, waren bruggen nodig om het te bereiken en mogelijk mede ook specifiek voor rundvee (koebrug) om te laten weiden. Door het graven van de Twentekanalen zijn die beeklopen in het landschap deels verdwenen of verworden tot droge slootjes.

Wanneer is het erf ontstaan ?

Waarschijnlijk al in de oude feodale tijd van de Germaanse stammen. Deze kwamen tussen de 4e en 8e eeuw in noordwest Europa. Met Goten in Scandinavië, de Angelen trokken van uit noord Duitsland naar Engeland, de ruimte werd daarna vanaf de 5e eeuw  ingenomen door de Saksen. De Friezen vestigden zich langs de kust aan de Noordzee en Franken in zuid Duitsland en noord Frankrijk. De Saksen zijn nog altijd op dezelfde plek gebleven. In Nederland is dat met name Drenthe, Veluwe, Salland, Achterhoek en Twente.

Hoe is erf het ontstaan ?

De Germaanse stammen ontwikkelden een structuur van hoofdmannen met krijgsmacht en beheersten zo een gebied. Hieruit ontstond de adelstand. Die kende een onderver-deling. De bevolking was ondergeschikt, had een bestaan in zelfvoorzienende landbouw en was zwaar onderdanig aan de adel (als lijfeigenen). Die landbouw werd door die boeren ontwikkeld in de meest toegankelijke gebieden en vaak aan waterstromen. De hoogst en droogt gelegen gronden langs beken kwamen in aanmerking. Dit was vooral in oost Nederland het geval. Vruchtbare beekklei met hoge zandkoppen als veilige woonplek. Echter wel vaak geïsoleerd door moerassen van rondom gelegen hoogvenen.

Van wie was het ?

Eigenaar waren de boeren op die hoeven nooit, erger zij moesten een groot deel van de oogstopbrengst af staan aan de adel, waarvoor ze ook nog werk moesten verrichten en krijgsdienst leveren. De hoogste baas was de “leenheer”. Een hertog, koning, prins of bisschop. In de 9e eeuw verenigde Karel de Grote al deze adel binnen de Germaanse stammen. In oost Nederland ontstond hieruit veel later door deling en vererving het Oversticht en werd bezit van de bisschop van Utrecht die hier als “Leenheer” de baas was. (Utrecht werd Nedersticht genoemd).

Waren er meer van die erven ?

In het gebied Zeldam waren hiervan elf met mooie namen die deels nog steeds door families in oost Nederland verschillende spelling worden gedragen. Dat zijn Stokreef, Mentink, Assink, Volkerink, Spenkelink, Hagreis en Spekreis. De naam Besehort is omgevormd tot ter Horst. Nova Domus (Niehoes) is binnen de specifieke naamgeving te algemeen. Almelreef en Duvel hebben geen naamvolgers opgeleverd.

Wie kreeg daarom ook die familienaam ?

De horige boer op het erf werd als vanzelf naar de boerderij genoemd. Dit naar een oud Saksisch gebruik. In die feodale traditie erfde oudste zoon de rechten, maar vooral de plichten. Verdere zonen moesten elders hun heil zoeken maar hielden wel vaak de naam aan. In barre tijden van misoogsten, hongersnood en krijgslust werden de erven in de loop der eeuwen wel eens verlaten. Of dit hier geval is geweest is niet helemaal duidelijk. Wel bleef de “leenheer” eigenaar en kon dan via de leenman een andere horige op het erf plaatsen. Als er geen mannelijke opvolger was, werd door huwelijk van de oudste dochter met een kandidaat zonder erfrecht de nieuwe boer. Dit fenomeen werd “opvaart” genoemd. En die kandidaat nam dan ook de naam Koebrugge aan. Dat gebeurde al bij het begin van de stamboom op deze site.

Welke naamvarianten zijn ontstaan ?

In oude vermeldingen komen diverse spellingen voor. Dat zijn Cobrugge, Coebrugge, Cobrugghe, Kokenbrugge en van de Kobrugge. Opvallen is dat daarvan geen naamdragers meer zijn. Na invoering van de burgerlijke stand in 1810 werd kennelijk altijd de naam Koebrugge genoteerd.

Hoe is de naam verspreid geraakt ?

Door zonen uit voorgeslachten die elders hun heil zochten. Of die uit dezelfde stamvaders zijn voortgekomen is dus onduidelijk. De wisseling in bloedverwantschap kon door vrouwelijk geslachtlijnen veranderd zijn. De boeren op het oorspronkelijk erf waren katholiek en zijn dat altijd gebleven. Voor wegtrekkende zonen lag dat anders. Door de reformatie ( beeldenstorm 1566) zijn sommigen meestal uit praktische overweging, door de bestuurder van hun gebied te volgen, overgestapt naar de hervormde of gereformeerde kerk.

Waar wonen naamdragers Koebrugge nu ?

Het Meertens Instituut heeft inzake namen een gedegen onderzoek gedaan. Daarin komt ook de verspreiding van de naam Koebrugge voor. In 1947 waren er 191 naamdragers. Hoe anders in 2007. Er zijn toen 276 personen geregistreerd. De meeste naamdragers Koebrugge wonen nog in plattelandsgebieden of kleine kernen. Die traditie zet zich kennelijk voort.  De naam Koebrugge is ook in Duitsland, Verenigde Staten en Australië aangetroffen.

Is er een stamboom bekend ?

De beheerder van deze site heeft een uitgebreid stamboomonderzoek gedaan. Deze is elders in deze publicatie in te zien. Die stamboom start met Roelof Koebrugge, geboren tussen 1621 en 1668. Deze was getrouwd met ene Stijne.

Tussen 1650 en 1680 werd hieruit ene Jan geboren. Op 10 oktober 1680 ene Hendricus (Hendrik) maar hieruit is er geen nageslacht voortgekomen. Verder was er nog een dochter Engelina, gedoopt in 1678 in Delden. Het is onbekend wanneer zij geboren is want voor het dopen werd te voet een lange weg afgegaan. De omstandigheden op het erf kon de dag van vertrek uitstellen. Wel werd op 11 februari 1686 nog een dochter Margaretha (Grietje) gedoopt in Delden.

 De oudste zoon Jan trouwde vermoedelijk op gevorderde leeftijd op 9 september 1714 met Berendina (Berentje) ten Velthuis (ook Voerbroek genoemd) uit Ipelo (een buurtschap tussen Enter, Wierden en Almelo). Op 11 april 1915 draagt hij op zijn sterfbed zijn hofrechten over aan zijn vrouw voor haar vrijheid bedongen voor een vrij kind.

Berentje trouwt daarna al op 24 november 1715 met Roelof ter Herbaart op Koebrugge (deze heeft dus een “opvaart” gedaan). Een dochter Janna werd ook in 1715 geboren, waarschijnlijk was Berentje al in verwachting toen Jan stierf. Tussen 1716 en 1721 werd Henricus (Hendrik) Koebrugge geboren. Dit was het vrije kind, de opvolger op de boerderij en de feitelijke stamvader. Bijna al zijn  nazaten zijn in de regio Twente gebleven.

Is er een familiewapen ?

De beheerde van deze site heeft sinds 23 januari in de databank van Heraldisch Bureau Nagtegaal en de Heraldische Databank van het Centraal Bureau voor Genealogie een wapen laten registreren. Bij Nagtegaal is dit op de website zichtbaar, zie  http://nagtegaal.org/familiewapens/koebrugge/ .

Bij de Heraldische Databank is te zien op http://www.wazamar.org/Familiewapens-in-de-Nederlanden/Heraldische-Wapenregisters-in-de-Nederlanden/HBN/a-HerWapNed-register-HBN-3.htm#Koebrugge

Het wapen geldt voor alle naamdragers uit de stamboom van Hendrik. Het wapen is geënt op de historische achtergrond van het erf.

De basis is het bisschoppelijk wapen van het bisdom Utrecht (rood met zilver kruis). Echter zonder het kruis (dat kan heraldisch niet, vanwege de bestuurlijke en kerkelijke macht). Hiervoor is een zilveren schuinbalk van linksonder naar rechtsboven in de plaats gekomen die de beek verbeeld. Linksboven een koe over de brug en rechtsonder de drie bomen (nu gezoomd) uit het wapen van Ambt Delden (als gebiedsduiding)  alles in zilver.

Is er een wapen voor andere naamdragers Koebrugge ?

Daar is een ander wapen voor te creëren, mits dit van de Heraldische Databank mag.  Elders op de website is er een voorbeeld geplaatst. De drie bomen van Ambt Delden zijn vervangen door de drie ruiten van Almelo.

Waren er vroeger naamdragers Koebrugge  in krijgsdienst ?

Er is een website Militieregisters. Hier komen ook de namen Koebrugge voor. Opvallend is dat al deze buiten het kerngebied van Twente komen.

 Zijn er veel Koebrugge namen op internet ?

Best wel. Op internet is Koebrugge buiten deze site veelvuldig te vinden. Bij zoekmachines start deze stevast met Ron Koebrugge, een cateraar voor evenementen. In Hengevelde is Koebrugge Metaal Bewerking (KMB) gevestigd. Zij produceren of bewerken nieuwe of bestaande componenten veelal machine onderdelen. A

ls beeldend kunstenaar duikt Jose Koebrugge  uit Zoetermeer veel op en verder die veel schildert en wat met fietsen heeft. Plaats objecten ook in landschappen en  verder Vreeswijk & Koebrugge Bouwmaatschappij B.V. uit Huizen. Verder zijn het veel individuelen met de naam Koebrugge.

Naamdragers Koebrugge Linked-In

Natuurlijk, de beheerder van deze site staat er ook op als Gerard Koebrugge, gepensioneerd bouwkundig schade-expert nu Adviseur voor de Bouw- en Verzekeringsbranche en zoonlief Brecht Koebrugge, market center manager Transportation voor 3M company in Neuss Duitsland. Verder weer  Ron Koebrugge Catering Service en vele andere individuen.